Argentinie
Motivatie
Ik heb dit land in de eerste plaats gekozen omdat het het vaderland is van onze a.s koningin, Maxima, en het lijkt me leuk om over haar land wat meer te weten te komen. Ik heb ook best wel veel over Argentinië gehoord en het is leuk om nu wat meer te weten te kunnen komen over Argentinië. Verder lijkt het me ook gewoon leuk om wat meer over Argentinië te weten. Ik weet namelijk niet veel over Argentinië, ik wist zelfs niet dat het een ontwikkelingsland is. Er is ook best veel informatie beschikbaar over Argentinië op internet en in boeken, en dat is ook wel belangrijk anders kan je natuurlijk geen werkstuk maken als er geen informatie over dat land is.
Voorwoord
Dit werkstuk gaat over Argentinië. Ik hoop met veel plezier aan dit werkstuk te werken, en ik hoop er wat van te leren. Natuurlijk is het ook leuk als u er wat van leert!! Het lijkt me heel leuk om aan dit werkstuk te werken, en ik hoop dat het een heel mooi en goed werkstuk zal gaan worden.
Index
Voorkant
Motivatie
Voorwoord
Index
Algemene info
Natuurlijke omgeving
Bevolking
Geschiedenis
Economie
Gezondheidszorg
Politiek
Industrie
Hoofdstad
Kenmerken
Flora en Fauna
Kolonie
Godsdienst
Toerisme
Gletsjer
Het Andesgebergte
Conclusie
Bronnen
Bijlage krantenartikel kolonie (foto’s)
Algemene informatie
Het woord Argentinië komt van het Latijnse woord ‘argentum’ wat zilver betekend. Omdat de eerste Spaanse conquistadores van de inboorlingen zilver als geschenk kregen, dachten de Spanjaarden dat het land rijk aan zilver was.
Argentinië ligt in Zuid-Amerika onder de evenaar met als bijgevolg dat de seizoenen omgekeerd zijn dan bij ons. Het is het 8ste grootste land in de wereld en heeft een lengte van 3.800 km. Deze lengte verklaart zijn grote verscheidenheid, gaande van blauwgroene meren, besneeuwde bergtoppen, imposante gletsjers (bijv. de wereldberoemde gletsjer Perito Moreno), subtropische jungle, uitgestrekte kusten, een uiterst gevarieerde flora en fauna, woestijnen, de uitgestrekte Pampa. Deze lengte heeft natuurlijk ook invloed op het klimaat, gaande van vochtig en subtropisch in het noordoosten tot heet in het noordwesten tot vochtig en gematigd in de Pampa in het centrum en het zuidelijke deel, Patagonie, met zijn eeuwige wind is kouder.
Argentinië bestaat uit de Federale Hoofdstad en 23 provincies, te weten: Buenos Aires, Córdoba, Corrientes, Entre Rios, Mendoza, Tucumán, Santa Fé, Santiago del Estero, Formosa, Misiones, Jujuy, Rio Negro, Catamarca, Chubut, Chaco, Salta, La Rioja, San Juan, San Luis, La Pampa, Neuquén, Santa Cruz en tenslotte Vuurland, dan met enkele Zuid Atlantische eilanden en een deel van Antarctica tezamen een provincie vormt.
Argentinië beschouwt de onder Brits bestuur staande Falkland/Malvinas eilanden als deel van haar grondgebied.
De Republiek Argentinië heeft een oppervlak van 2,8 miljoen vierkante km afhankelijk van hoe men de oppervlakte van Nederland berekent: 67 tot 82 maal Nederland), exclusief Antarctica en eilanden in de Atlantische Oceaan die Argentinië als deel van haar territorium beschouwt, en ligt tussen de 22ste en de 55ste graad Zuiderbreedte. In omvang is Argentinië na Brazilië het tweede land van Zuid-Amerika. Het land heeft een lengte van 3.696,17 km in vogelvlucht (ruim 5.000 km over de weg) en grenst in het noorden aan Bolivia en Paraguay, in het westen aan Chili, waarmee de natuurlijke grens wordt gevormd door het Andesgebergte, en in het oosten aan Brazilië, Uruguay en de Atlantische Oceaan. In het zuiden wordt het begrensd door het Beagle-kanaal.
Hoewel het Argentijnse landschap gevarieerd is bergstreken, meren, steppenplateaus, gebieden met tropische plantengroei - wordt het hoofdzakelijk gekarakteriseerd door laagvlakten (pampa).
Opvallend bij het Argentijnse menu zijn de uitzonderlijke hoeveelheden vlees. Voorts ook meelspijzen (Italiaanse invloed), maar wel minder groenten. Typisch Nederlandse producten als kaas en paling zijn beperkt verkrijgbaar. Deze worden als delicatesse aangemerkt en zijn in het algemeen erg duur.
De veiligheidssituatie is de afgelopen jaren verslechterd. Het aantal berovingen (soms gewelddadig) is gestegen. Dit neemt niet weg dat
wanneer voldoende veiligheidsmaatregelen in acht worden genomen, San Juan een relatief veilige stad is.
De lokale munt is de Peso. Deze is per 1 januari 1992 ingevoerd ter vervanging van de Austral, waarbij de waarde ervan werd gekoppeld aan de US-dollar (1:1).
Argentinië is een republiek, en het staatshoofd is Fernando de la Rua (sinds december 1999)
Na Brazilië is Argentinië het grootste land van Zuid Amerika. Dit maakt Argentinië tot het 8ste grootste land ter wereld. Argentinië is wel 67 keer zo groot als Nederland.
Het land is ruim 3500 kilometer lang en 1400 kilometer breed. Dat is even ver als van Amsterdam naar Barcelona.
Het tijdsverschil tussen Argentinië en Nederland: in onze zomer is het in Argentinië 5 uur vroeger, in onze winter 4 uur vroeger.
In dit onmetelijke natuurland zijn wel 25 Nationale natuurparken, die allemaal beschermd worden en zijn.
Vroeger was er geen vrijheid van meningsuiting maar tegenwoordig is er echter weer totale vrijheid van meningsuiting in Argentinië. De kranten schrijven dan ook zeer kritisch over de overheid, wat vaak conflicten oplevert. De televisiemaatschappijen zijn voor het grootste deel geprivatiseerd. De populairste programma’s zijn net als in de meeste andere Latijns Amerikaanse landen, soaps, spelprogramma’s en sensationele nieuws reportages.
De natuurlijke omgeving
Argentinië heeft verschillende klimaten. Noord Argentinië is tropisch met in de zomermaanden een hoge temperatuur en het regent er vaak. Midden Argentinië ( Buenos Aires en de oostelijke Pampa’s) heeft een prettig klimaat dat in de zomer warm en regenachtig is en in de winter mild.Verder naar het westen en zuiden is het zonniger en droger (er kunnen zich droogtes voordoen). West Argentinië (het noordelijke deel van het Andesgebergte) is droog, ook op de bergtoppen die 7000 meter hoog zijn valt weinig sneeuw. De weinige neerslag in dit gebied valt voornamelijk in de hete en zonnige zomermaanden. Door dit klimaat zijn de oostelijke hellingen en voorgebergtes bijzonder dor en de aangrenzende laaglanden woestijnachtig. Zuid Argentinië is overwegend droog, maar de temperaturen zijn er lager en in het verre zuiden zijn de zomers koel en de winters lang en streng (vorst en sneeuw).
In de hoofdstad van Argentinië, Buenos Aires, valt gemiddeld 940 mm neerslag. De gemiddelde temperatuur in Buenos Aires is 16 Celsius, met in juli een gemiddelde van 9 Celsius en in januari een gemiddelde van 23 Celsius. Van invloed op het klimaat zijn 2 bijzondere windefenomenen: de Zonda en de Pampero, respectievelijk warm en koud. De Zonda voert als noordelijke wind tropische lucht aan. De Pampero is zo genoemd omdat hij wind van de Pampa’s aanvoert. Deze wind wordt gekenmerkt door harde rukwinden. Deze Pampero wil nog wel eens gevaarlijk zijn voor kleine schepen.
In het westen is het bergachtig, in het oosten is het vlak. In het westen (aan de kant van Chili) ligt een gebergteketen: de Andes.
Argentinië ligt op het westelijk halfrond onder de evenaar in Zuid-Amerika. Argentinië is vrij groot en ligt voor een groot deel aan zee (Atlantische Oceaan). In het westen grenst Argentinië aan Chili in het Noorden aan Paraguay en Brazilië, in het noord oosten aan Uruguay.
De bodem in Argentinië verschilt per gebied. Zo zijn er woestijnbodems, steppebodems, gebergtebodems en zwarte aarde. In het uiterste zuiden is ook landijs te vinden.
Gemiddelde maandelijkse temperaturen in graden Celsius:
Januari=zomer Juli=winter
Iguazu 25,3 14,6
Salta en Jujuy 21,3 10,5
Mendoza 23,7 7,7
Buenos Aires 24,1 10,7
Bariloche 14,5 2,3
El Calafate 12,8 1,2
Puerto Madryn 21,0 3,0
Ushuaia 9,0 1,6
Argentinië heeft van noord naar zuid een lengte van 3700 km en van oost naar west een breedte van 1400 km. In het westen vormen de hoogste toppen van de Andes de grens met Chili. De rest van het landschap is een stuk lager. Aan de oostkant grenst het land aan de Atlantische kust met hoge kliffen en vele schiereilanden. In het noorden grenst Argentinië aan 4 andere Zuid Amerikaanse landen.
Ondanks de soorten landschappen bestaat het Argentijnse landschap voornamelijk uit laagvlakten. Deze worden Pampa’s genoemd. Globaal bestaat het land uit 4 verschillende gebieden;
- het eerste gebied is de Andes in het westen met bergtoppen tot boven 6000 m. De Aconcagua is met een top van 6960 m hoogte het allerhoogste punt van Argentinië. Ook de Ojos de Salado (6880 m) en de Llullaillaco (6723 m) op de grens met Chili mogen best hoog worden genoemd. Uitlopers van de Andes zien we in het midden van het land zoals de Sierrea en de Cordoba.
- het tweede gebied zijn de hoogvlakten van Patagonie in het zuiden met langs de kust monotone laagvlaktes. In Patagonie komen ook gletsjers voor. Dit gebied is dun bevolkt.
- het derde gebied is de Gran Chaco. Dit is een bosachtig, gedeeltelijk woestijnachtige laagvlakte in het noorden. Langs de rivieren zijn grote moerassen ontstaan.
- het belangrijkste en meest economische deel is de Pampa Humeda. Dit is een uitgestrekte vruchtbare laagvlakte, tot 750 km afstand van de hoofdstad Buenos Aires. Hier woont de meerderheid van de Argentijnse bevolking.
Bevolking
Argentinië heeft ongeveer 37.000.000 inwoners. Daarvan woont bijna de helft ( 17 miljoen) in en om de stad Buenos Aires. Bijna 85 procent van de bevolking heeft Europese wortels, voornamelijk uit Spanje en Portugal. Daarnaast zijn er nogal wat immigranten uit midden en oost europa. De andere 15 procent bestaat vooral uit mensen uit het Midden-Oosten, met name Libanon en Syrië. Buenos Aires heeft een grote Joodse gemeenschap. Van de Argentijnen is bijna 90 procent rooms-katholiek, de rest is protestants, evangelisch, joods of islamitisch. Bijna alle Argentijnen zijn arm, er is maar een klein deel rijk.
Van de bevolking kan bijna 95 procent lezen en schrijven, wat het hoogste percentage is in heel Zuid-Amerika. De levensverwachting in Argentinië is 73 jaar, wat vrij hoog is. In Argentinië is 28 procent van de bevolking jonger dan 15 jaar.
De bevolking van Argentinië verdubbelt iedere 64 jaar (dat is 1,3% per jaar).
In de grote ring om het centrum en de aanliggende wijken die samen Buenos Aires worden genoemd, is het straatbeeld onmiskenbaar Latijns Amerikaans. Daar hebben de mensen een getinte huid en donker haar. Er heerst chaos van de duizenden kleine kruidenierszaken, barretjes, garages en fabriekjes. Het leven speelt zich grotendeels op straat af. De Argentijnen zijn daar van origine Spanjaarden of Italianen (soms ook nog met dubbele nationaliteit), maar hun rangen worden aangevuld met Bolivianen, Peruanen en Paraguayanen.
De bevolking bestaat voor 97% uit blanke mensen en voor 3% uit Indianen.
De levensverwachtingen is voor mannen 70 jaar en voor vrouwen 77 jaar.
Geschiedenis
Tot 1943: van barbarij tot beschaving
Het prikkeldraad en de koelhuizen hebben tegen het einde van de 19de eeuw de stoot gegeven tot een enorme bloei van Argentinië. Hierdoor werd het mogelijk de veestapels uit te breiden en om vlees van de pampa’s naar Europa te transporteren. Argentinië werd de graan- en vleesleverancier van Europa. Het vrijwel maagdelijke land had een grote aantrekkingskracht op arme of landloze boeren uit Zuid Europa. Rond 1900 bedroeg de immigratie 100.000 mensen per jaar. Argentinië was een frontier samenleving in Zuid Amerika, de grens tussen beschaving en barbarij werd steeds verder gelegd. In korte tijd behoorde Argentinië tot de welvarende landen van de wereld.
1943-1952: het nationalisme van Perón
In 1943 kwam een militaire regering aan de macht met kolonel Juan Domingo Perón als minister van Arbeid. Daardoor kreeg hij greep op de vakcentrale CGT. Perón, toen 49 jaar, was de leider van een groepje nationalistische en antidemocratische legerofficieren. Zij koesterden nauwelijks verholen sympathieën voor Hitler, Mussolini en Franco.
Nadat Perón in 1945 kortstondig in de gevangenis was beland, en was vrijgekomen dankzij massale straatprotesten waartoe was opgeroepen door een jonge radio-omroepster, werd hij in 1946 met overweldigende meerderheid tot president gekozen. Korte tijd later trouwde hij. De vakcentrale CGT werd het bolwerk van het peronisme. Geld was er in overvloed in de naoorlogse jaren: de agrarische exporten naar hongerend Europa bloeiden. Totdat de VS met hun Marshall hulp het Argentijnse graan en vlees van de markt verdrongen.
1952-1974: chaos en geweld
In 1952 overleed de vrouw van Perón aan kanker, ze was 33 jaar oud. Dit was het begin van het einde van Peróns bewind. Midden jaren 50 was Argentinië bankroet, Perón werd afgezet in 1955 en vluchtte via Paraguay naar franquistisch Spanje.
Opeenvolgende burgerpresidenten en militairen van de jaren 50 en 60 slaagden er niet in Argentinië politiek en economisch te hervormen. Perón wachtte in ballingsschap af tot hij terug zou kunnen keren, terwijl in Argentinië zijn politieke beweging radicaliseerde. Uit erkenning dat Argentinië niet met maar evenmin zonder Perón bestuurd kon worden, besloot president generaal Lanusse in 1973 dat Perón met zijn (3de) vrouw mocht terugkeren. De triomfantelijke intocht eindigde in een bloedbad. Linkse en rechtse aanhangers van de caudillo, voor- en tegenstanders van Perón namen elkaar onder vuur. Er vielen honderden doden. Het was het begin van een periode van gewelddadigheid die zelfs in de bloedige Argentijnse geschiedenis haar weerga niet kende. Argentinië werd begin jaren 70 in een veelkoppige burgeroorlog gezogen. Op het platteland in het noorden, het enige gebied waar in Argentinië sprake is van kleingrondbezit, was de trotskistische guerrillabeweging ERP actief. In de steden richtten de Montoneros zich op een gewapende machtsovername. Ze legden zich toe op ontvoeringen en moordaanslagen. Het leger liet zich evenmin onbetuigd in de repressie en trad eigenhandig op.
1976-1981: herstel en verzet
Terwijl de militairen verder gingen met vechten, werd er geprobeerd de economie te saneren. Martínez de Hoz, voorstander van economische liberalisering, stelde zich ten doel de macht van de vakbeweging te breken, de verliesgevende staatsbedrijven te ontmantelen en de door hoge tolmuren beschermde nationale industrie bloot te stellen aan concurrentie. Het protest tegen de dictatuur kwam langzaam op gang. Deels door de repressie, deels doorat de Argentijnse communisten het militaire bewind steunden omdat de communisten fel gebeten waren op de peronisten. Bovendien deed de Sovjet-Unie uitstekende zaken met het Argentijnse regime. In 1980, toen de VS onder president Carter een graanboycot tegen de Sovjet-Unie instelden sloot Argentinië een miljardenakkoord om graan aan de Sovjet-Unie te leveren. Het meest in het oog springende verzet tegen de dictatuur werd vanaf november 1977 gevormd door de wekelijkse stille omgang van de Dwaze Moeders van de Plaza de Mayo. Zij demonstreerden iedere donderdag om 4 uur, met witte hoofddoekjes om en zakdoeken met de namen van hun verdwenen kinderen, voor het presidentiële paleis. In 1980 kreeg Adolfo Pérez Esquivel, leider van een kleine organisatie voor de rechten van de mens, de Nobelprijs voor de vrede als symbool van het verzet tegen de dictatuur.
Na het wereldkampioenschap voetballen (1978), waarbij gastland Argentinië het Nederlandse elftal in de finale versloeg, kwam de internationale kritiek op het bewind op gang. In 1979 zond de Organisatie van Amerikaanse Staten, op Amerikaans initiatief, een missie naar Buenos Aires om de situatie van de rechten van de mens te onderzoeken. Het werd een aanklacht tegen het regime.
Het economische beleid was een fiasco - de marktliberalisering en overwaardering van de peso leidden tot een ineenstorting van de nationale industrie die niet tegen de buitenlandse concurrentie bestand was. De buitenlandse schuld begon alarmerend op te lopen.
1981-1982: de Falkland-oorlog
Op 2 april 1982 voerden Argentijnse troepen onder leiding van generaal Mario Menéndez een verrassingsaanval uit op de Falkland eilanden in de zuidelijke Atlantische Oceaan. Deze eilandengroep waren in de 19de eeuw door Groot-Brittannië in bezit genomen en sindsdien door Argentijnse regeringen geclaimd. Na 5 weken kwam de Britse expeditiemacht bij de eilanden aan en al snel werden de Argentijnen in een korte oorlog verslagen. Van de Britten sneuvelden er ong. 200, van de Argentijnen 800 soldaten. Veel oorlogsvoertuigen gingen verloren. Een paar dagen na de capitulatie op de Falkland eilanden viel het militaire bewind in Buenos Aires.
1982-1990: burgers aan de macht
Na een kort overgangsbewind kwam een burgerregering aan de macht. De regering had te kampen met 3 erfenissen van de militaire dictatuur: de kwestie van de rechten van de mens, de aanpak van de militairen en de sanering van de economie. Argentinië was bankroet en het land kon zijn schulden niet betalen. De ene na de andere oplossing onder toezicht van het IMF werd geïntroduceerd, bijv. de introductie van een nieuwe munt (de austral, 1985) en bezuinigingsmaatregelen. Maar deze bleven zonder resultaat.
De schendingen van de rechten van de mens werden onderzocht door een commissie. Ze kwamen met een rapport waarin de 8.426 gevallen van vermissingen waren gedocumenteerd. Het werkelijke aantal vermisten ligt waarschijnlijk hoger, maar is niet bekend.
Alfonsín bleek niet in staat de economische problemen op te lossen. Het land verviel opnieuw in economische en politieke chaos. Gedemoraliseerd droeg Alfonsín in 1989 de macht over aan zijn gekozen opvolger, de peronist Carlos Saul Menem.
1990: korte bloei
Nadat de inflatie was opgelopen tot meer dan 1.000 procent per maand, kondigde de minister van Economische Zaken begin 1991 een drastisch saneringsprogramma aan. In feite was het een radicale versie van het oude plan van Martínez de Hoz, maar het werd nu - zonder politieke tegenstand - door een peronistische president uitgevoerd, die de economische erfenis van het peronisme om zeep hielp. Staatsbedrijven werden geprivatiseerd, de begroting werd op orde gebracht, de koers van de munt (opnieuw de peso) werd gekoppeld aan die van de dollar. Met aartsrivaal Brazilië (en Paraguay en Uruguay) sloot Argentinië het Mercosur-verdrag, de oprichting van een Zuid-Amerikaans vrijhandelsgebied. Het ongelooflijke gebeurde: voor het eerst in vijftig jaar maakte Argentinië een periode van stabiliteit en economische bloei door. Ondanks beschuldigingen van corruptie, schandalen en een flamboyante levensstijl werd Menem op de golf van economisch optimisme herkozen als president (in 1995). Zijn tweede periode was minder succesvol. Het parlement verklaarde de 2 amnestiewetten (uit '86 en '87) ongeldig, maar Menem sprak hierover een veto uit. De economie belandde weer in een recessie.
Eind 1999 won Fernando de la Rúa, kandidaat voor een coalitie van niet-peronistische partijen, de presidentsverkiezingen. Een jaar later kreeg Argentinië een noodkrediet van het IMF. Begin 2001 trad het kabinet af, te midden van schandalen over corruptie en kapitaalvlucht. Een federale rechter verklaarde de amnestiewetten ongrondwettig en opende zo de juridische weg om alsnog militairen wegens schendingen van de rechten van de mens tijdens de jaren van de dictatuur aan te pakken.
Economie
Argentinië ligt in een economisch zwak gebied. De hoogte van het inkomen is vrij laag, en de werksloosheid in het land is vrij hoog. Voor de 2de wereldoorlog was Argentinië 1 van de meest welvarende landen op aarde dankzij de grote export van granen, vlees en huiden. De opbrengst werd gebruikt om de industrie op gang te krijgen en te houden. Daardoor raakte de landbouwsector steeds verder achter op de andere grote exportlanden op het gebied van landbouw. Nog een probleem was dat de industrie nog niet ver genoeg ontwikkeld was om met de grote industrie-exportlanden te kunnen concurreren. Het aandeel van Argentinië daalde van 3% eind jaren ’20 naar 0,5% in de jaren ’80. Vanaf dat moment ging het economisch snel bergafwaarts met Argentinië. Om de economische recessie te bestrijden werden in de loop der rijd veel plannen gemaakt, maar geen ervan hielp voor het verminderen van de problemen van de economie: een lage productie, slechte exportpositie, hoge investeringen. Het gevolg was dat het BNP in de jaren ’80 met 15% daalde. Momenteel is het BNP in Argentinië $8.310,-. De groei is 1.9%. De Argentijnse regering maakte internationale afspraken met het IMF voor bijstandsleningen. Voorwaarde was dat er een verandering in de economie aangebracht werd: in 1991 werd de Argentijnse Peso aan de Amerikaanse Dollar gekoppeld ( dat wil zeggen dat de Peso evenveel waard is als de Dollar, en met dezelfde koers stijgt en daalt) waardoor het minder waard worden van het geld sterk verminderde. Nog een maatregel was het privatiseren van staatsbedrijven waardoor deze ook winstgevend werden. De werkloosheid bleef (en is nog steeds) een groot probleem, ruim 17% van de inwoners was werkloos. Toch is het gemiddelde inkomen per hoofd van de bevolking al jaren het hoogst van heel Zuid-Amerika. Maar toch leven meer dan 15.000.000 van de 37.000.000 Argentijnen onder de armoedegrens. Dit is onder meer het gevolg van een zware economische crisis in een van de grootste afzetgebieden van Argentinië: Brazilië. Door de crisis in Brazilië kan Argentinië zijn exportproducten niet meer kwijt. Daardoor moet er minder geproduceerd worden, verdwijnen er banen, en er ontstaat een kettingreactie. Op het moment ligt er een nieuw plan klaar om de crisis in Argentinië te bestrijden: nog niet zo lang geleden is de koppeling met de Amerikaanse Dollar losgelaten. Meteen devalueerde de Peso. De waarde daalde met 29%, een dollar kost nu 1 Peso 40. Door de koppeling van de Peso aan de Dollar in 1991 is het echter nog wel zo dat veel mensen nog een bedrag in Dollars op hun rekening hebben staan. Om de bevolking gerust te stellen heeft de president nu gezegd dat deze bedragen ook nog in Dollars uitgekeerd zullen worden. Conclusie: om de relaties met andere landen in stand te houden is het dus eerst nodig om de binnenlandse economie op peil te krijgen. De beroepsbevolking van Argentinië is voor 13% werkzaam in de landbouw, voor 34% in de industrie, en voor 53% in de diensten.
Gezondheidszorg
Als gevolg van de financiële crisis in Argentinië leeft meer dan de helft van de Argentijnen in armoede. Een kwart daarvan lijd honger.
De gezondheidszorg in Argentinië is dus momenteel niet zo goed. Er is te weinig geld voor een goede behandeling in het ziekenhuis. Een voorbeeld zijn pasgeboren baby’s in het ziekenhuis. De vrouwen zijn vaak al ondervoed door de armoede, en daardoor hebben de baby’s voor de geboorte al veel gemist. De baby’s worden dan zwak en ondervoed geboren, en er is dan niet genoeg geld voor een goede verzorging. Later als de kinderen ouder zijn, hebben ze nog steeds last van die ondervoeding, ze zijn te zwak om op hun benen te staan.
In Argentinië is er een tekort aan medicijnen en geld om de gezondheidszorg op peil te houden. Sinds 1990 bestaat er in Argentinië een delegatiekantoor van Dokters van de Wereld. Argentijnse artsen en verpleegkundigen zetten zich in om de allerarmsten toch van medische hulp en medicijnen te voorzien. Het kantoor heeft een oproep gedaan aan het internationale netwerk van Dokters van de Wereld om hun financieel bij te staan.
Politiek
Officieel is Argentinië een presidentiele democratie. Dit is vastgelegd in de grondwet uit 1853. In 1994 is er een nieuwe grondwet gekomen, die ervoor zorgde dat de macht van de president iets kleiner werd. De president mag en kan 1 keer herkozen worden. In zijn ambtstermijn heeft hij de bevoegdheid om ministers en de minister-president te ontslaan en benoemen. De wetgevende macht bestaat uit het Congres, waaronder de Senaat van 72 leden en de Kamer van Afgevaardigden met 254 leden. De president en de vice-president worden voor een ambtsperiode van 4 jaar via directe verkiezingen gekozen. Er is een stemplicht voor alle burgers van 18 tot 70 jaar. Argentinië bestaat uit 22 provincies. Het provinciale parlement kiest voor elke provincie een gouverneur.
Argentinië is lid van de Verenigde Naties (VN), en haar commissies, van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS), de economische commissie voor Latijns-Amerika en de Cariben (ECLAC), de Internationale Ontwikkelingsbank (IDB), de Latijns Amerikaanse Associatie voor Integratie (LAIA), en de Zuid-Amerikaanse gemeenschappelijke markt (MERCOSUR).
Er is in Argentinië vrijheid van meningsuiting, en aangezien Argentinië lid is van de Verenigde Naties zijn er afspraken over mensenrechten.
De politiek in Argentinië heeft een vrij slechte naam, doordat er in de loop der jaren veel corrupte regeringen en dictators aanwezig zijn geweest.
Industrie
Sinds 1940 is in Argentinië de industrie een belangrijkere economische sector dan de landbouw. In de jaren 70 werd de groei van de industrie enigszins teruggedrongen door de inflatie. Mede door de Argentijnse peso direct te koppelen aan de Amerikaanse Dollar werd deze inflatie door Menem op een normaal peil gebracht. In 1995 sloten Argentinië, Brazilië, Uruguay en Paraguay zich aan bij de Mercosur, vergelijkbaar met de Europese EU. Hierdoor werd de handel tussen deze Zuid Amerikaanse landen bevorderd en bloeide de meeste industrieën behoorlijk op. De laatste tijd loopt de economische groei van Argentinië weer enigszins terug. Dit wordt vooral veroorzaakt door de Azië crisis die in de hele wereld zijn gevolgen heeft. Het grootste deel van de industrie is gelokaliseerd in het noorden van het land, waar ook bijna de totale bevolking woont. De belangrijkste vorm van industrie in Argentinië is de levensmiddelenindustrie. Er zijn ook een aanzienlijk aantal Nederlandse multinationals in deze tak van industrie in Argentinië actief.
Een belangrijke bron van inkomsten is voor Argentinië de teelt van tarwe, maïs, soya, zonnebloemen, suikerriet, thee, mate, wijn en katoen. Verder grote verscheidenheid in fruit en groenten. Uitgebreide veestapel runderen en schapen. Het Argentijnse vlees is wereldberoemd. Ook de visvangst is belangrijk: meer dan 300 verschillende vissoorten en schaaldieren. Groeiende industrie voor ijzer, staal, petroleum en scheikundige nijverheid.
Hoofdstad (en grote steden)
De hoofdstad van Argentinië is Buenos Aires. De officiële naam van deze federale hoofdstad luidt: Ciudad de Nuestra Señora de Buenos Aires. De stad werd in 1536 door Pedro de Mendoza gesticht, doch pas sedert 1580 permanent bewoond. In 1776 werd het de hoofdstad van het Onderkoninkrijk La Plata (Bolivia, Paraguay, Uruguay en het latere Argentinië omvattend). In 1810 brak er een opstand uit, die leidde tot onafhankelijkheid van het land van Spanje in 1816. De economische expansie van de stad dateert van het midden van de 19e eeuw, toen het een centrum werd van uitvoer van vooral agrarische producten en een massale immigratie uit Europa op gang kwam.
Toen Buenos Aires in 1880 de hoofdstad van het toen welvarende Argentinië werd, was de stad bevolkt door een bonte verzameling van Europese immigranten, hun in Argentinië geboren nakomelingen (criollos), nazaten van slaven uit Afrika en indianen, de oorspronkelijke bewoners van het land.
Buenos Aires heeft een inwonersaantal van ongeveer 3.000.000 inwoners. Onder de naam Gran Buenos Aires vallen Buenos Aires en alle voorsteden, dus dan heeft Buenos Aires een inwonersaantal van meer dan 12.000.000 inwoners.
Buenos Aires is voor Argentinië de grootste en belangrijkste stad van het land. Buenos Aires ligt aan de Rio de la Plata (de monding van de rivieren Paraná en Uruguay). Deze stad is het centrum van het Argentijnse politieke, sociale en culturele leven alsmede van handel en industrie.
In de stad Buenos Aires en haar voorsteden wonen de volgende groepen: de Nederlandse handelswereld, voornamelijk geconcentreerd in de ‘City’, de Belgrano-wijk en de noordelijke voorsteden als Vicente Lopez, Florida, San Isidro en anderen. Deze groep bestaat uit handelsmensen, employés van handelshuizen, scheepvaartmaatschappijen, personeel van de Nederlandse industriële ondernemingen, enz. over het algemeen dus een welgestelde klasse. De hierboven genoemde groep in de Barracas-wijk en de zuidelijke voorsteden als Avellaneda, Lanus, enz. meeste arbeiders.
De groep Nederlandse employés van de petroleum raffinaderij de ‘Diadema’, voor welke deze onderneming woningen heeft gebouw aan het Zuiderdok bij de raffinaderij.
De grote groep Nederlandse employes van de Diadema in Chubut op de petroleumvelden.
De Nederlandse boerenkolonie te Tres Arroyos en haar uitlopers in Clarameco en elders.
Kleinere groepen wonen in het Zuiden te provincie Cordoba: enige Nederlandse estancieros, die hoofdzakelijk aan veeteelt doen en aan de oevers van het Lacar-meer bij San Martfin de Los Andes, in het hooggebergte, waar zij zich wijden aan houtexploitatie.
Grotere lichamen als de Hollandse Bank Unie, de 2 scheepvaartmaatschappijen (Koniknlijke Hollandse Lloyd en Rotterdam Zuid-Amerika Lijn), van Waveren (Cfa. De Comercio Ltda. Van Waveren), sinds lang in Buenos Aires gevestigd, en ondernemingen van nieuwere aard, als de Diadema Argentinia, Philips e.a. vromen natuurlijke brandpunten van Nederlanders in Buenos Aires.
Andere grote steden:
Rosario en Cordoba zijn 2 steden met meer dan een miljoen inwoners. Mendoza en La Plata zijn ook grote steden.
Kenmerken
Er is vrij weinig bekend over de exacte herkomst van de dans die Argentinië wereldberoemd maakte; de Tango. Wel wordt er aangenomen dat de dans ontstaan is uit een mix van dansen van het Argentijnse platteland (milonga) en dansen uit Spanje en Cuba. Het woord Tango komt waarschijnlijk uit Andalucie en betekent “een instrument bespelen’’. De dans werd voor het eerst waargenomen rond 1870 in Buenos Aires. Het was 1 van de eerste Latijns Amerikaanse dansen. De Tango werd, net als de jazz en blues in Amerika, vooral beoefend door mensen uit de lagere sociale klassen die op deze manier lol in hun leven probeerden te krijgen.
Aan het begin van de 20ste eeuw begon de Tango ook in Europa en Amerika aan te slaan. Mede hierdoor begon de dans ook aan populariteit te winnen bij de Argentijnse middenklasse en rijken, die tot dan toe de dans beschouwden als een dans voor de armen. Rond 1920 kwamen er ook steeds meer liedjes waarop de Tango gedanst kon worden. Tot dan toe waren het alleen maar instrumentale nummers waar op gedanst werd. Vooral Carlos Gardel werd een grote (inter)nationale ster. Na zijn dood in 1935, ten gevolge van een vliegtuigongeluk, werd Gardel een grote Argentijnse legende.
Sinds midden jaren 50 moet de Tango echter iets aan populariteit inbinden door de opkomende pop en rockmuziek. In de periode Peron werd de Tango echter weer gebruikt om nationale gevoelens op te wekken. Ook Peron kon echter niet voorkomen dat de Tango steeds meer invloeden ondervond van andere muziekstromen, vooral Jazz. Ondanks dit alles blijft de Tango echt Argentijns. Iedereen die een bezoek brengt aan Argentinië zal niet aan de Tango kunnen ontkomen.
Flora en Fauna
Argentinië heeft een uitgebreide flora en fauna, mede door een grote variatie aan klimaten en landschappen. Maar toch is haar flora en fauna niet zo exotisch als in andere delen van Zuid Amerika. Er zijn bijvoorbeeld weinig grote roofdieren, of angstwekkende reptielen. Maar het kan gebeuren, wanneer je voor de kust walvissen spelend en springend in het water ziet, dat er plotseling in het stoffige zand voor je voeten een gordeldier wegrent. Of dat in de bossen bij het Andesgebergte je achter het struikgewas begluurd wordt door een nieuwsgierige poema.
In het hoge droge Noordwesten leven bij de lagunes veel flamingo’s. De flamingo austral is de meest bekende en roze van kleur. Een andere veel voorkomende vogel is de condor. Deze is vooral in het Andesgebergte te zien waar weinig vegetatie is.
Wat het landschap in het Noordwesten siert zijn de cactussen. Tot rond de 4000 m hoogte kunnen ze groeien, daarboven zie je wat struiken of droge grassteppen. Van de cactussen is de cardones de meest voorkomende, hij kan ruim 8 m hoog worden. Meer naar het Noordoosten de Chaco-vlaktes zijn een overgangszone tussen de subtropische bossen en de Pampavlakten. Vaak ondoordringbaar met laag doornachtig struikgewas en waar 1 van de bekendste bomen uit Argentinië, de Quebracho, groeien. Het zijn geen mooie bomen, maar ijzersterk en dat moet wel in dit subtropische savanneklimaat. Ze worden 20 tot 25 meter hoog en bevatten veel looizuur, wat gebruikt wordt voor de bewerking van leer. In dit gebied leeft de reuzengordeldier met platte achterpoten en grote kromme voorpoten, om allerlei mieren snel op te graven. Rondom de moerasgebieden en rivieren is wel een afwisselende fauna. Zo leven er: slangen, krokodillen (een klein soort), aapjes, en miereneters.
Meer oostwaarts naar Brazilië verandert de flora en fauna compleet. Subtropische bossen, brede rivieren, en een vochtigheidsgehalte boven de 90%. Langs de rivieren groeien enorme varens en het zand is overal rood.
Het merendistrict is ook zo’n gebied met een prachtige flora en fauna. Grote loof- en naaldbossen tref je daar aan, met zeldzame boomsoorten. Allereerst de Araucaria-boom, die voornamelijk in het noorden groeien. Hij wordt in Nederland apenverdrietboom genoemd, afgeleid van de engelse naam: Monkey puzzle-tree. De andere zeldzame boomsoort is de Arrayane-boom. Op enkele plaatsen in de wereld groeit deze boomsoort nog. Ze hebben een vrij smalle stam en de schors heeft een kaneel-roodachtige kleur met witte kerfjes. Zuidelijker in het merendistrict bij Esquel is een nationaal park voor de Alerce-bomen. Deze naaldbomen zijn de oudste ter wereld. Ze groeien op klimatologisch ongunstige plekken waar andere bomen vrijwel geen kans krijgen. In de bossen bij het Merendistrict zijn geen roofdieren, maar wel enkele hertensoorten die zich vrijwel niet laten zien.
Onder het Merendistrict beginnen de Patagonische vlaktes en het Patagonische bergland. De vlaktes zijn grotendeels begroeid met steppegras (coiron dulche) en lage struiken. Je ziet er bijna geen bomen. Door de harde wind, bodemerosie, droogte en de zeer dunne ozonlaag is Patagonië langzaam in een woestijn aan het veranderen. In grote delen regent er niet meer dan 150 tot 300 mm per jaar. De meest voorkomende dieren zijn de armadillo, een gordeldier, dat een klein en grappig snel beestje is en zelfs slangen eet! En de mara het bekendste knaagdier in Patagonië. Deze laatste is een mix tussen een konijn en een hond, en heeft de kop van een paard. Een vreemd beestje. Maar er is ook het Europese konijn, een ware plaag voor de fauna. De grootste dieren zijn de guanaco's en de ñandu's, deze laatste is een struisvogel. In Patagonië leven meer dan 20 miljoen schapen en de eerste zijn meegekomen met de Spaanse kolonisten. Maar halverwege de 19de eeuw kwamen in Zuid-Patagonië vanuit de Falkland-eilanden met de Engelse en Schotse immigranten miljoenen schapen naar Patagonië. Richting de Andes komen we in het Patagonische bergland. Het wordt bosrijker en je ziet hier wat ze noemen de gematigde regenbossen, ondanks het feit dat het er flink kan regenen, soms tussen de 2000 en 5000 mm per jaar. De meest voorkomende bossen zijn: de coiguë, rauli, lenga en de ñirre. Het zijn imposante bomen. Zuidelijker wordt de flora minder, ook de bossen. Hier liggen rond de bergen grote ijsvlaktes en gletsjers. Je ziet in de lucht de condor, de grootste roofvogel van Zuid-Amerika. Je herkent ze aan de witte donskraag om hun nek en ze hebben een spanwijdt van meer dan 3 meter.
De Patagonische kust heeft een heel andere fauna, uniek in Zuid-Amerika. De stranden zijn het domein van de zeehonden en pinguïns. Van de zeehonden komen vier soorten het meeste voor: de zeeolifant is met zijn 4 ton aan gewicht de grootste, dan de Lobo de un pelo, de zeeleeuw, is ook zo'n gigant van bijna 3 m. De mannetjes hebben manen, vandaar de naam zeeleeuw. Wat kleiner zijn de lobos de dos pelos, de zuidelijke zeehond en de gewone zeerob. Van de pinguïns is het de Magelhaen pinguïn die het meest voorkomt. Langs de gehele kust tot aan Vuurland toe zie je deze beestjes. Ook fascinerend is het om bij het schiereiland Valdés de walvissen te zien. Tussen juni en oktober komen honderden walvissen langs deze kust, om te jongen, want de oceaan is hier rijk aan plankton. Het zijn zuidkapers met een lengte van 18 m. De wateren rond Vuurland zijn rijk aan de centolla, een grote krab, van ruim 1 m breed. Deze wordt ook als delicatesse gegeten op dit eiland.
Argentinië was het eerste land in Zuid-Amerika, dat nationale parken heeft ingesteld, ter bescherming van de flora en fauna in eigen land. Het eerste nationale park (opgericht in 1903) werd: Parque Nacional Nahuel Huapi. Nu 7580 km² groot en één van de meest bezochte parken van het land. Daarna volgden er velen, zoals in 1928 de watervallen van Iguazú en in 1937 Los Glaciares. Tegenwoordig telt Argentinië 20 nationale parken en 8 provinciale parken. Totaal is 140.000 km² beschermd gebied, ongeveer 5% van de totale oppervlakte van het land.
Bekende nationale parken zijn in het noordoosten de watervallen van Iguazú, in het Merendistrict, Nahuel Huapi en Los Alerces. In Zuid Patagonië Los Glaciares en bij de grens van Uruguay, El Palmar. Belangrijke provinciale parken zijn: Península Valdés, een schiereiland aan de Patagonische kust en Parque Provincial Ischigualasto (el valle del la luna) in het noordwesten van het land. Dit laatste park lijkt op een groot maanlandschap, waar fossielen zijn gevonden van één van de oudste dinosaurussen in de wereld.
Kolonie
Al sinds 1889 is Tres Arroyos een kolonie van Nederland (Tres Arroyos ligt op de grens van de provincies Buenos Aires en Patagonie). In de eeuw die volgde werd een indrukwekkend bastion opgebouwd met een eigen school, kerk, Oranjevereniging, begraafplaats, en een coöperatie van Hollandse boeren. Zeker 10 procent van de 60.000 mensen die in de kolonie wonen heeft Hollands bloed. Sinds de eerste Nederlanders er in 1889 arriveerden, hebben zij hun sporen nagelaten. Maar na het jaar 1954 is er geen immigrant uit Nederland meer gekomen, volgens een krantenartikel. De door de krant geïnterviewde vrouw denkt dat er over 30 jaar geen Nederlands meer word gesproken in Tres Arroyos. Al het Nederlands in Tres Arroyos is aan het verdwijnen, zowel de taal als de cultuur.
De Nederlanders bij Tres Arroyos zijn over het algemeen genomen welvarend. Het zijn echte boeren die op eigen krachten hierheen gekomen zijn, en snel ingeburgerd, omdat zij ter plaatse reeds een kern van landgenoten vonden die hun hielpen om zich aan te passen bij de toestanden in het nieuwe land, en dankzij hun zij het vaderland minder misten.
De boerderijen die zij bewerken, zijn gepacht en behoren tot de beste gronden van Argentinië. De pacht wordt grotendeels betaald in een gedeelte van de oogst.
Zij horen allemaal tot de Nederlandse Gereformeerde Kerk; deze samenhorigheid heeft sterk bijgedragen tot het slagen dezer kolonisatie, aangezien een gemeenschap van geestelijke belangen allicht aanleiding geeft tot samengaan op stoffelijk gebied.
In de kolonie bestaat een Oranjevereniging die feesten organiseert op de verjaardagen van leden van het Koninklijk Huis, een Nederlandse bibliotheek heeft gevormd, lezingen organiseert enz; een schoolvereniging die tot doel heeft de oprichting en instandhouding van een Nederlandse Christelijke School een Commissie tot Bevordering van de Kolonisatie, die samenwerkt met een soortgelijke vereniging in Friesland; een evangelische vereniging; een jongemannenvereniging met 3 studieclubs; en een vrouwenvereniging.
Het coöperatieve beginsel heeft in deze kolonie een sterke aanhang: de Nederlandse kolonisten zijn onderling verzekerd tegen ongevallen; doen hun inkopen en verkopen coöperatief, en schaffen coöperatief werktuigen, enz. aan.
De meeste kolonisten bij Tres Arroyos zouden hun kolonie graag uitgebreid zien met flinke, werklustige boeren, die tot hetzelfde kerkgenootschap behoren en voor wie in deze kolonie zeker een bestaan te vinden zou zijn.
(voor het krantenknipsel; zie laatste bladzijde van dit werkstuk.)
Godsdienst
Naar schatting is 90% van de Argentijnse bevolking Rooms Katholiek, 2% is protestants (voornamelijk Duits), 2% is Joods en 6% heeft een andere godsdienst.
De meeste Argentijnen zijn dus Rooms Katholiek. In sommige gebieden heeft de Rooms-katholieke kerk zich aangepast aan de plaatselijke geloven, die vaak Indiaas waren. Er is in Argentinië godsdienstvrijheid, de Rooms-katholieke kerk is geen staatskerk. Er zijn 13 aartsbisdommen en 44 bisdommen.
Kerken in Buenos Aires en Tres Arroyos.
De Nederlandse Gereformeerde Kerk in Buenos Aires werd opgericht in 1900 en telt op het ogenblik 70 lidmaten, vertegenwoordigende een zielental van 135 personen.
In Buenos Aires heeft de gemeente een kerkgebouw in de Calle Herrera 1572, dat niet haar eigendom is. Ze willen graag een terrein kopen en een eigen kerkgebouw bouwen.
Onder Buenos Aires ressorteert de Gereformeerde Gemeente te Tres Arroyos en omstreken, die 56 lidmaten heeft, een zielental van 148 personen vertegenwoordigende. Deze gemeente is uit het jaar 1908.
Toerisme
Het toerisme in Argentinië is niet erg groot. De toeristen die naar Argentinië komen, komen vooral uit Uruguay, Paraguay en de Verenigde Staten. Ondanks dat het toerisme in Argentinië niet heel veel voorstelt, is er genoeg te doen. In Buenos Aires zijn heel mooie parken, gebouwen en theaters, denk bijv. aan het beroemde operahuis ‘Teatro de Colon’. Ook zijn er musea en galerijen die jaarlijks duizenden bezoekers trekken. Er is net buiten de stad een recreatiegebied, dat bestaat uit honderden eilandjes in de delta van Parana. In de provincie Misiones, in het uiterste noordoosten, zijn wereldberoemde watervallen, in de rivier Iguaçú, 1 van de grootste toeristische attracties van het land.
De hoogte van de watervallen varieert van 60 tot 80 meter, en in het regenseizoen vloeien de stromen van de watervallen samen tot 1 grote waterval van 4 kilometer breed. In de provincie San Luis, zijn in holen en grotten nog rotsschilderingen te zien. Zeer bekend zijn natuurlijk ook de eerder genoemde Pampa’s, in de provincie La Pampa. Aan deze provincie grenst de provincie Mendoza, waar de hoge bergtoppen van de Andes liggen. Een bezienswaardigheid hier is een natuurlijke brug van circa 50 meter lang. Ook zijn er in deze provincie verschillende minerale bronnen te vinden, net zoals in de provincie Santiago del Estero. Ook het merendistrict, Bariloche, dat ook een nationaal park is, is toeristisch gezien erg in trek. De belangrijkste plek hier is de San Carlos de Bariloche, waar in de winter een wintersportcentrum is. Ook de provincie Neuquén, in het noordwesten van Patagonië, is noemenswaardig als het op toerisme aankomt.
Veel toerisme is aan de kust, waar het klimaat gunstig is. Landinwaarts is weinig toerisme.
Gletsjer
De gletsjer Perito Moreno ligt in het zuiden van Argentinië. Al in 1877 werd hij ontdekt door de natuuronderzoeker Francisco Perito Morena ( dat verklaart natuurlijk ook gelijk al de naam van de gletsjer). Hij is de enige gletsjer in de wereld die nog in beweging is. De gletsjer is wereldwijd vooral bekend vanwege de momenten dat de massa zo was aangegroeid dat ze niet meer verder kon en het meer het overvloedige water niet meer kon afvoeren. Dat leidde gemiddeld om de 3 of 4 jaar tot een geweldige explosie van ijs en water. Tussen 1940 en 1988 heeft een dergelijke ‘apocalypse’ zich 14 keer voorgedaan. Deze was zeker de laatste keer wereldnieuws en kwam in een land als Japan zelfs live op de televisie. Of we het spektakel nog eens gaan meemaken, is een vraag.
Het blijft natuurlijk wel oppassen op afbrokkelende delen van de gletsjer. Om de zoveel tijd valt met een enorme knal weer zo’n wit gevaarte het water in.
De gletsjer trekt ook aardig wat toeristen. Jaarlijks komen 45.000 mensen naar de gletsjer. Zo’n 75 % daarvan komt van buiten Argentinië, en dan zijn het meestal Amerikanen en Europeanen.
Het Andesgebergte
Het Andesgebergte strekt zich uit van het Noorden van Zuid-Amerika naar het Zuiden. Het Andesgebergte beslaat de landen Ecuador, Peru, Chili, Bolivia en Argentinië.
Het ontstaan van het Andesgebergte.
Het andesgebergte strekt zich over heel Zuid-Amerika uit. Het ligt aan de westkust van Zuid-Amerika. Het Andesgebergte is het langste gebergte van de wereld. Het gebergte is rond de 7000 km lang. De Andes is ontstaan in het krijt. Dit is ong. 138 miljoen tot 65 miljoen jaar geleden.
Het Andesgebergte is een hooggebergte. Dit betekent dat het gebergte hoger is dan 1500 m. Doordat het een hooggebergte is, is het een vrij jong gebergte. Dit lijkt oud, maar voor de aarde is dit erg jong. Een voorbeeld van een oud gebergte is de Ardennen. Dit gebergte is ong. 300 miljoen jaar oud. Deze wordt gekenmerkt als een middelgebergte. Ook zijn er op het Andesgebergte veel actieve vulkanen te vinden.
De Andes is ontstaan doordat de bodem van de grote oceaan verschuift. Die bodem schuift naar het Oosten toe, dus tegen de Westkant van Amerika. De bodem van de oceaan botst tegen de bodem van het continent aan. Door die botsing heft de bodem van Zuid-Amerika op. Het is net als 2 auto’s die op elkaar botsen. Dan worden de voorkanten ook in elkaar gefrommeld.
Klimaat
Zuid-Amerika heeft over het algemeen een warm klimaat. Natte zomers en droge winters. De Andes is het enige gebied in Zuid-Amerika wat een koel klimaat heeft. Het klimaat in de Andes loopt erg uiteen. Er komen subtropische temperaturen voor en ook erg koude temperaturen. De koude temperaturen komen hoog in de bergen voor, waar je ook eeuwige sneeuw vind. Ook kom je in het gebied van de Andes woestijnen tegen. Doordat er zoveel verschillende klimaten voorkomen is de Andes een heel gevarieerd gebied. 1 van de droogste woestijnen komt voor in het noorden van Ecuador. Je hebt ook gebieden in de Andes waar je een subtropisch klimaat vind; de zogeheten tropische regenwouden. Daar komen warme en erg vochtige zomers voor. De winters zijn niet koud.
Even op een rijtje; in het Andesgebergte komen veel verschillende klimaten met hun kenmerken voor. Namelijk:
Sneeuw- en hooggebergte klimaat. Daar vind je eeuwige sneeuw en hier komt de temperatuur niet boven het vriespunt uit. Door de kou leeft er een beperkt aantal planten en dieren.
Woestijnklimaat. Overdag kun je temperaturen meten van boven de 40 graden en ’s nachts van wel –10 graden. Dit komt omdat er geen wolken zijn om de warmte tegen te houden. Er is weinig tot geen water te vinden in de woestijn. Op de plekken waar wel water is vind je de zogeheten oases. Je kunt hier dus uit concluderen dat woestijngronden best vruchtbaar zijn.
Steppeklimaat. De steppen hebben een redelijk begroeide bodem van lang gras. Op enkele plaatsen komt er een boom voor. Aan het gras kun je zien dat het droog is. Vaak heb je in een steppegebied een regenseizoen. Er valt in een bepaalde periode dan heel veel regen.
Mediterraan klimaat met droge zomer. Hier is sprake van koele zomers en warme winters. De winters zijn over het algemeen nat in de vorm van sneeuw of regen.
De flora en fauna van de Andes.
De Inca’s noemden hun rijk al de vier delen. Doordat er meer woestijnen, tropische regenwouden en hoge bergen zijn, is de planten- en dierenwereld heel erg groot. Iedere landschapsvorm heeft nu eenmaal zijn eigen planten en dieren.
In het noorden en in centrale delen van de Andes heb je het regenwoud. Hier heb je dan ook veel verschillende soorten planten en dieren. Ten 1ste natuurlijk de typische grote regenwoudbomen met hun grote bladeren. In het regenwoud zijn in het verleden ook heel veel medicijnen gevonden en daarom is het dus belangrijk dat het regenwoud blijft bestaan. Een voorbeeld van zo’n medicijn is het middel tegen malaria. In het regenwoud heb je vele verschillende soorten dieren: dieren die in de bomen leven en dieren die op de grond leven.
Vooral veel verschillende soorten apen en luiaards leven hier in het regenwoud in de bomen. Zij hebben geleerd om zich met handen en voeten vast te houden aan de takken en bladeren. Op de grond leven vooral tapirs’s, bosvarkens en verschillende soorten kat-achtigen als de jaguar en de poema. Daarnaast heb je nog vele verschillende soorten slangen. Daarnaast heb je nog duizenden soorten insecten die in de lucht leven.
Het zuidelijk deel van de Andes is veel hoger. In dit deel kom je eigenlijk niet meer onder de 2000 m boven zeeniveau uit. De bergen zijn veel hoger en het is er daardoor meestal veel kouder. De planten en dieren die hier leven, zijn weer heel anders dan in het regenwoud. Je ziet hier vooral coniferen als bomen. Hier zie je vooral veel kamelen en lama’s. Deze dieren worden vooral door de bewoners gehouden voor hun wol, melk en vlees.
Boven de 3000 m groeien geen bomen meer. Het is er te koud voor. Hier groeit alleen nog hier en daar wat gras en kleine struikjes. Verder kom je in deze hoge streken de vicuna, de chinchilla en condoren tegen.
De Inca’s
1 van de bekendste bevolkingsgroepen die ooit in de Andes hebben gewoon zijn de Inca’s. De Inca’s waren de heersers van de Andes aan het eind van de 14de eeuw. De Inca’s noemden hun land: ‘Tawantinsuyu’, wat zoveel betekend als de vier delen. De reden waarom de Inca’s het zo noemden was omdat er in hun rijk vele verschillende vormen van klimaten en landschappen voorkwamen. Zo waren er onder meer woestijnen, tropisch regenwoud, vruchtbare dalen en hoge bergen. ‘Quechua’ was de officiële taal in het rijk, maar er waren wel 20 verschillende dialecten.
Geschiedenis van het Incarijk
Van de begintijd van het Incarijk is niet zoveel bekend. Hoe het ontstaan is en wanneer precies kan niemand eigenlijk zeggen. In die tijd hadden wij, als Europeanen, namelijk helemaal geen contact met volkeren die aan de andere kant van de wereld leefden. Misschien zijn er wel Inca mensen geweest die het hebben opgeschreven, maar tot op de dag van vandaag hebben we het (nog) niet teruggevonden. Wel weten we dat het Incarijk pas echt groot werd onder ‘Pachacuti’. Hij leefde van 1438-1471. In die tijd veroverde het Incarijk heel wat gebied van Zuid-Amerika. Vooral ook steden, want die leverde meestal een voorraad op van bij. Graan. Je kan je voorstellen dat de Inca’s toen een land hadden dat groter was als Peru. Dit gebeurde lopend, want in die tijd was het wiel nog niet uitgevonden en ook waren er geen paarden om op te rijden in deze omgeving. In de 15de en 16de eeuw besloot men in Europa dat het eens tijd werd om eens te gaan kijken of er meer landen waren in de wereld dan alleen Europese. Met schepen trokken onder meer de Spanjaarden, Portugezen en de Nederlanders er op uit. Deze ontdekkingstochten duurden soms wel maanden of jaren want de schepen waren toen nog niet zo snel. En zo gebeurde het dat in ongeveer 1532 de Spanjaarden onder leiding van Francisco Pizarro Zuid-Amerika en dus het Incarijk ontdekte. De Spanjaarden wilden graag het land van de Inca’s hebben omdat er veel waardevolle spullen zoals goud en zilver in de grond zaten. De Inca’s vonden dit natuurlijk maar niks en zo ontstond er oorlog. Deze oorlog won Spanje en dat betekende het einde van het Incarijk.
Het dagelijks leven van de Inca’s
Op het hoogtepunt van het Incarijk waren er in het rijk ongeveer 20 miljoen inwoners (Nederland heeft nu ongeveer 16 miljoen inwoners). Het geloof was bij de Inca’s heel belangrijk. Vele malen per week werden er mensen, meestal jonge vrouwen, geofferd door hun hart eruit te trekken om de goden te vriend te houden. De Inca’s geloofden dat alles wat er op aarde gebeurde het werk was van de goden. Zo hadden ze bijvoorbeeld de god van de zon (Inti) en de god van de maan (Quilla). Andere belangrijke goden waren de onweersgoden, de regenbooggoden en de heldere sterren en planetengoden. De allerbelangrijkste god die de Inca’s hadden was ‘Viracocha’. Hij werd gezien als een oude man met grijs haar en een baard, en de Inca’s dachten dat hij de wereld had gemaakt. De Inca’s leefden heel anders dan de mensen in Europa in die tijd. Er was bij de Inca’s niet sprake van 1 koning, maar van vele politieke beslissers. De steden waren heel belangrijk voor de Inca’s. Alle goederen uit mijnen en van het platteland, werden daar verhandeld en/of verkocht. Er werd vooral veel maïs verbouwd in het Incarijk. Van deze mais maakten ze allerlei dingen om te kunnen eten. Van het goud en het zilver wat men uit de mijnen haalde, maakten ze vooral sieraden. De Inca’s hadden ook dieren zoals schapen voor het vlees en de wol waar men kleding van maakte. Ook de Inca’s moesten al belasting betalen. Deze belasting, meestal in vorm van tol voor het binnengaan van een stad, gebruikte men dan weer voor het bouwen van nieuwe steden of gaf men aan het leger zodat de steden goed verdedigt konden worden.
Wat er nu nog te zien is van de Inca’s
De Inca’s zijn vooral bekend van de bouwwerken die we nu nog in de Andes kunnen vinden. Zelfs nu nog kunnen we in de Andes talloze ruines van tempels vinden. De meeste gebouwen zijn van stenen. De plattegrond van de steden van de Inca’s was als volgt: brede rechte hoofdstraten en daaraan minder brede straatjes. Vaak leidde de hoofdstraten naar een tempel. Zelfs nu nog vragen wij ons af hoe de Inca’s het zo precies en recht konden bouwen met de middelen die zij destijds hadden. Een andere vraag die bij ons opkomt is hoe het mogelijk is dat de Inca’s op zo’n grote hoogte zulke moderne gebouwen en tempels konden neerzetten.
Conclusie
Argentinië is een arm land waar de armoede groot is, en waar veel honger is. Een oorzaak van de armoede kan zijn omdat Argentinië geen grondstoffen (bijv. olie) exporteert maar alleen maar meer de agrarische dingen, die minder opleveren dan waardevolle olie, waaraan ze wel meer kunnen verdienen. De gezondheidszorg in Argentinië is best goed, maar wat jammer is dat ze niet genoeg geld hebben voor medicijnen en apparatuur (daardoor is de gezondheidszorg slechter). De meeste Argentijnen zijn Rooms-katholiek. Er is niet veel toerisme, maar de grote steden (bijv. (Gran) Buenos Aires) trekken wel aardig wat toeristen. Een groot kenmerk van Argentinië is natuurlijk de Tango, maar wij Nederlanders zullen ook wel denken aan de Nederlandse kolonie Tres Arroyos.
Bronnen
Internet:
http://www.nrc.nl/W2/Lab/ProfielArgentinie
http://home01.wxs.nl/~schmi113/MenuArgentina.htm
http://www.argentinie.net/
http://www.argentinie.pagina.nl
http://www.rotterdamsdagblad.nl
http://buco.ct.utwente.nl/buco_nl/buco99_nl/Zuid_Amerika_nl/Argentinie_nl.htm
http://www.vwkweb.nl/index.html?http://www.vwkweb.nl/weerinfo/klimaat/argentinie.html
http://www.doktersvandewereld.org/publicaties.php?get=053
http://www.cmo.nl/pe/pe15/pe-156.html
http://www.rtl.nl/reizen/yorintravel/landenensteden/?parentref=15
http://www.muziekweb.nl/thema/tango/buenos.asp
http://www.reisomdewereld.nl/bestem/amerika/argen1.html
http://www.rolhockey.com/wk2001/wk2001_land.htm
http://www.zeelandboek.nl/OZ/Argentin/VBALEN.HTM
http://www.startforum.com/kuitert/argentina6.htm
http://www.efa.nl/onderwijs/2000/lerenonlie/lesmateriaal/andes/hoofdmenu.htm
http://www.kranten.com
http://www.embajadaholanda.int.ar/holanda/argentinie.htm