Portugal
Geschiedenis
Lang geleden was Portugal een Romeinse provincie. Al vrij snel kwam ook in Portugal het Christendom. Toen de Romeinen in de vijfde eeuw verjaagd waren, waren de meeste Portugezen katholiek. In 711 staken de Moren, die in Noord-Afrika woonden, de Straat van Gibraltar over en veroverde Portugal. De Moren waren Mohammedanen. Ze overstroomden Spanje en Portugal. Veel Christelijke bewoners trokken naar het noorden. Van daaruit probeerden ze hun land te heroveren. Dat was een zware en lange strijd. Pas in 1249 werden de laatste Moren weggejaagd. De Moren wisten veel dingen die de Portugezen niet wisten.
De Portugezen leerden veel van de Moren over landbouw en techniek. Vanuit de Portugezen havens werd veel handelgedreven met de Mohammedaanse landen. In het buurland Spanje zijn nog Moorse Moskeeën te vinden. In Portugal niet. Tijdens de herovering hebben de Christenen alles van de Moren verwoest.
Klimaat
Portugal ligt niet aan de Middellandse-Zee maar heeft toch een Middellands-Zeeklimaat. Dat betekend dat de zomers droog en zonnig zijn en de winters zacht en regenachtig. Het klimaat wordt ook bepaald door de Atlantische Oceaan. ‘s Zomers wordt het in Portugal niet zo heet als in Spanje. Dat komt doordat er in Portugal vaak een frisse zeewind waait. Ook zorgt de oceaan voor meer regen en vochtigheid. Daarom is het land niet zo dor. Vooral in Noord-Portugal valt in de wintermaanden veel regen. ‘s Winters is het ongeveer tien graden boven nul. In de bergen is het kouder. Daar vriest het ‘s winters en er valt soms sneeuw. In de zomer is het in Portugal heet en droog. Op het strand is het dan rond de middag eigenlijk te heet. Alleen in de bergen is het wat koeler. In de Algarve (de zuidelijkste kustprovincie) valt er weinig regen. De zomers zijn er warm en de winters zacht. Begin februari is het al zulk lekker weer, dat de bomen in bloei staan (vooral de Mimosa en de amandelboom). Er gaan daarom ook veel buitenlandse toeristen naar de Algarve.
Lissabon
Lissabon is de hoofdstad van Portugal en ligt aan de monding van de rivier de Taag. Dit is de grootste rivier van het land. Lissabon is de oudste stad van Portugal. Al in de tijd van de Romeinen was hier klein dorpje. Tijdens de overheersing van de Moren werd hier veel gebouwd. In de tijd van de ontdekkingsreizen (1400-1500) beleefde de stad een hoogtepunt. Er werden toen kastelen, kloosters en uitkijktorens gebouwd. Daar is nog veel van te zien, al is er veel verwoest door een aardbeving in 1755. Na die ramp is een deel van de stad herbouwd. Dit gedeelte van Lissabon heeft mooie brede straten, waaraan grote gebouwen staan. Tegenwoordig worden die gebouwen veel gebruikt als kantoren en regeringsgebouwen. Een van de oudste buurten is de Alfama. Deze stad is niet verwoest door de aardbeving waarop een brand volgde. De Alfama is gebouwd door de Moren. Dat is ook wel te zien. Soms denk je dat je in Noord-Afrika bent. Je komt door nauwe kronkelige straatjes met veel trapjes, want deze wijk is gebouwd tegen een berghelling. Overal hangt wasgoed te wapperen. De straatjes zijn zo nauw, dat de daken van de huizen elkaar bijna raken. Het is er dan ook erg donker. Gelukkig zijn er wel veel pleintjes waar de zon schijnt en waar je uitkijkt op de Taag. Een klein tramlijntje kronkelt door de nauwe straatjes. Op elke straathoek staat een man met een rode en groene vlag. Hij houdt de rest van het verkeer tegen als de tram er aan komt.
Landbouw, wijnbouw en industrie
Ongeveer 28 procent van de mensen in Portugal werkt in de landbouw, bosbouw of visserij. De belangrijkste landbouwproducten zijn aardappelen, bonen, maïs, haver, tarwe en rogge.
Een heel groot gebied in Portugal is bedekt met wijnvelden. Op sommige plaatsen wordt wijn nog op de ouderwetse manier met de voeten fijngetrapt. Op de lijst van alle landen die wijn produceren op de negende plaats. Een bekende wijn is Portwijn. Deze wijn komt uit het dal waar de Douro stroomt. Deze wijnsoort wordt per schip in vaten vervoerd. Madeira is een eiland in de Atlantische Oceaan. Het hoort ook bij Portugal. Op dit eiland wordt de beroemde Madeirawijn gemaakt. In Portugal worden ook mooie handwerken gemaakt. Vooral het borduurwerk is heel bekend. Uit de Portugese grond wordt veel steenkool en ijzererts gehaald. De producten die hiervan gemaakt worden worden gemaakt in metaalfabrieken en scheeps- werven. Ongeveer 33 procent van de bevolking in Portugal werkt in de industrie.
School
De meeste kinderen in Portugal gaan pas op hun zesde naar school. Dit komt doordat er alleen in de grote steden een kleuterschool is. Van je zesde tot je twaalfde moet iedereen naar school. Dat staat in de wet. De eerste vier jaar gaan bijna alle kinderen echt naar school, maar in de laatste twee klassen komen soms kinderen niet meer opdagen. Deze kinderen moeten dan thuis hard werken om aan geld te komen, want dat is bij sommige hard nodig hard. De regering wil dat daar verandering in komt. Daarom heeft de regering enkele maatregelen genomen. Zo krijgen de kinderen naar zes jaar school een diploma. Alleen wie later een diploma heeft kan gaan werken. Ook krijgen de allerarmste gezinnen geld als ze hun kinderen naar school sturen. In Portugal zij veel te weinig schoolgebouwen en te weinig leerkrachten. Hierdoor kunnen maar weinig kinderen na die zes jaar school niet verder studeren. Een enkeling die verder gaat studeren en verder kan studeren gaat meestal naar de universiteit in Coimbra.
Samenvatting
Ik heb nou verteld over de over spoeling van de Moren en hoe de kleine straatjes ontstaan zijn. Ik heb verteld over het weer in Portugal. Ik heb verteld over de hoofdstad Lissabon. Ik heb verteld over de landbouw, wijnbouw en over de industrie. En als laatste vertelde ik over het naar school gaan in Portugal. Ik heb veel van deze spreekbeurt geleerd. Onder andere dat veel Portugese kinderen na vier jaar niet meer naar school gaan en ik heb veel geleerd over de over spoeling van de Moren. Ook heb ik geleerd dat Portugal een best arm land is.